Tagarchief: Gent

De kerk moet schuld bekennen

Roel Verschueren (57) krijgt vaak haatmails.
Van gelovigen godbetert. Ze pikken het niet dat hij, samen met tientallen andere overlevers, de kerk dagvaardt. Zagen aan de poten van de Heilige Stoel. Roel Verschueren, slachtoffer van een jezuïet, maar vandaag kruisvaarder zonder paternoster: ‘Niemand wil op zijn palmares een dagvaarding van het Vaticaan. Maar geloof me, het moet.’

DOOR MATTHIAS DECLERCQ

De Kouter in Gent. Het marktplein waar de ‘Mystic Leaves’ weerloos stilliggen. Grote metalen bladeren die zijn ingewerkt in de betonnen tegels. Roel Verschueren overschouwt de troepen. Zwart hemd omgord, grijze haren strak achterover, filter tussen de lippen. De rook gaat rustig op in de ledigheid van het plein. Dikke wolken pakken samen. Vlaams weer. Hij komt er niet vaak, op de Kouter, niet vaak meer in Gent tout court. Verhuisd naar Wenen, in 2004. Hij gaat het ondenkbare doen: het Vaticaan dagvaarden. Niet de staat, maar de kerk.

Roel Verschueren

Verschueren is de formele rechtspartij en de gevolmachtigde bewindvoerder van een groep anonieme slachtoffers van seksueel misbruik binnen de katholieke kerk, die een groepsvordering heeft ingeleid tegen de Heilige Stoel, de Belgische bisschoppen en alle hoofden van de congregaties in ons land. Het zijn advocaten Walter Van Steenbrugge en Christine Mussche die de vordering inleiden.

Een Europese primeur, in navolging van de Verenigde Staten. Een vordering die mondiale gevolgen kan hebben. Het is een uitdaging voor de advocaten, voor het Belgische rechtssysteem en dat van de kerk, het canoniek reglement. Een Europese primeur, op alle vlakken. Maar veel vragen blijven onbeantwoord. Wie is Roel Verschueren eigenlijk?

Zwijgen en werken

Het is wat vreemd voor hem. De Kouter in Gent, op wandelafstand van zijn oude school in de Savaanstraat. Verschueren werd er misbruikt in het zesde leerjaar, door een jezuïet. Ook in de eerste en tweede Latijnse. Er voorbijgaan lukt nog net, de straat inwandelen niet meer. Hij wil kerk noch school ooit nog betreden. De geur van wierook, het stof van krijt. Het gaat er niet meer uit. Twee volwassen kinderen heeft hij in Gent, twee kleine kinderen in Wenen met zijn partner uit een diep christelijk gezin. Ze zijn gedoopt, de kindjes. Uit respect voor de grootouders. Verschueren stond meer buiten dan binnen tijdens het doopsel. De kerkdorpel als te hoge drempel. Het kon niet. Die geur.

Hij zweeg het lang, Verschueren, het misbruik. Zijn geest bleef op slot. Verdringen, bewust vergeten. Het was leven in de schaduw van het verleden. Volle bak werken. Hij stampte na zijn hogere studie een communicatiebureau uit de grond, boekte succes, verpatste zijn bedrijf zelfs aan een concern uit New York. Leven aan honderd per uur. Werken om te vergeten. Maar het borrelde, zijn gemoed werd onrustig. Ze moest eruit, de kwaal, het misbruik. Liefst snel. Geen langgerekt kruisverhoor, maar de waarheid. Kort, rechttoe rechtaan. In 2004, bij het schrijven aan zijn eerste roman, Zwijg als je praat, laat hij de protagonist zijn geheim ‘toevallig’ prijsgeven. Drie vrouwen en drie mannen uit twee generaties botsen er frontaal. Een verhaal van zwijgen en verzwegen worden. “Ik vertaalde een paar hoofdstukken in het Duits voor mijn vrouw. Maanden voor de publicatie. Die vraag: ‘Zijn dit feiten of is dit fictie?’ Ik keek haar aan. Ze wist het. Nu weet iedereen het.”

Zijn eigen dossier kwam eerst bij de commissie-Adriaenssens terecht, vervolgens bij het gerecht. Hij toonde zijn schoolrapporten. Zijn slechte punten voor godsdienst en Latijn. De leraar als oorzaak. Verschueren raakte bekend, in beperkte kringen. Hij praatte met de politie, met slachtoffers, met advocaten. Dezelfde vraag kwam steeds terug: ‘Ik kan toch niet de enige zijn met dat verleden?’ Maar schrijven of praten, België zweeg. Tot april vorig jaar. Vangheluwe. De sneeuwbal. Honderden slachtoffers op het voorplan.

Actie

De sneeuwbal werd een lawine, met de vordering als ultieme noodkreet. Een juridische aanval tegen de kerk. Het is de culminatie van anderhalf jaar bommen en granaten voor het altaar. Van de bekentenis van Vangheluwe, tot de commissie-Adriaenssens, tot de ramkoers van het gerecht, tot de tussenkomst van het parlement, tot de stomp in de maag van een maatschappij in overdrive. Schijngevechten over vergoedingen, over arbitrages, over hulpverlening, over het lot van honderden slachtoffers. Veel blabla, weinig concreets. Het enige wat nu op papier staat is de naam van Roel Verschueren. De wijn wordt ingeschonken. Eén vraag en de sluis gaat open.

“Ik kan toch niet apathisch aan de zijlijn blijven staan? Er moest iets gebeuren. 2010 was mijn zwartste jaar. De bekentenis van Vangheluwe: amper te beschrijven. De inbeslagname door De Troy, nog zoiets. Samen met de presentatie van het rapport-Adriaenssens zijn dat drie blanco dagen. Witte, lege pagina’s. Ik zat in Wenen, maar wilde erbij zijn. Deelnemen aan het beginnende debat hier in België. Ik had het al eens geschreven in een column, dat na landen als Ierland en Oostenrijk ook België niet heiliger kon zijn dan de paus.

“Er wordt nu nog altijd gewoon gebabbeld. Meer niet. Schadevergoedingen? Al iets van gemerkt? Je kunt toch niet blijven wachten op actie? In Ierland is de staat er nadrukkelijk bij betrokken, omdat het misbruik plaatsvond in onderwijsinstellingen, gerund door congregaties, maar eigendom van de staat. Ierland betaalt. Nederland? De commissie-Deetman heeft schadevergoedingen toegezegd, gaande van 5.000 euro tot 100.000 euro in uitzonderlijke gevallen. Oostenrijk? Daar speelt de kerk geen politie en kunnen slachtoffers na aanvaarding van een schadevergoeding zelfs nog altijd een klacht neerleggen. Een snelle, efficiënte afhandeling van het probleem. No nonsense. Een grote groep slachtoffers kreeg centen en is intussen in therapie. In de VS worden al járen enorme schadevergoedingen uitbetaald. Tal van congregaties zijn er failliet gegaan.

“En België, hier wordt gewacht, gekeken en geluisterd naar het buitenland. Resultaat? Niks. Toch niet verwonderlijk dat de kerk dan wordt gedagvaard? De bisschoppen, de congregaties, de paus, ze hadden allemaal de verantwoordelijkheid om die gevallen van misbruik correct in te schatten en te behandelen. Maar ze hebben het niet gedaan. En ja, het proces zal ongetwijfeld jaren duren. En ja, de afloop is misschien onzeker. Maar slachtoffers hebben recht op antwoorden. Er is kritiek gekomen op deze vordering, dat klopt. De uitspraken, zonder enige voorkennis, van Rik Torfs en de druk vanuit de kerk hadden tijdelijk een ontradend effect op het aantal deelnemers. Nadat bleek dat advocate Christine Mussche ook een pedofiel verdedigde, zakte dat aantal plots van in de zeventig naar amper 40. Nu zijn het er opnieuw bijna 80. Overlevers met een overtuiging. We willen zelf aan het stuur zitten.”

Finaliteit

Verschueren vertelt heel rustig, heel gestructureerd. Geen impulsief gehakketak, geen emotionele stoomtrein. Nu en dan een sigaret. Een slok wijn. Hij kijkt in de ogen, verstopt zich niet achter taal en theorie. Zijn emoties goed onder controle. Hij denkt er vaak over na, over zijn levensloop. Van succesvol reclameman tot schrijver/vertaler/vrij journalist tot symbolisch gezicht van een groep slachtoffers van seksueel misbruik. Verschueren heeft een bevlogen pen als het moet, een scherpe tong als het mag. Er hangen geen weerhaken aan zijn discours. Rustige vastheid bijna. Hij is zijn verleden de baas. De dader is dood, dat las hij in een jezuïetenkrantje op het internet.

Het lijkt misschien wat vreemd, voor een ongelovige. Een zelfverklaarde ignost: “De godsvraag is irrelevant omdat het antwoord niet verifieerbaar is. Geloven is al lang geen plicht meer, maar een recht, iets wat niet geloven altijd al is geweest. Neen, ik geloof dus niet.”

Waarom slijpt een niet-gelovige Vlaming dan zijn pen en zijn tong om het instituut kerk zowel juridisch als verbaal te steken? Waarom wil iemand met een warm gezinsleven, met een succesvolle carrière, nagenoeg al zijn tijd en energie investeren in de strijd tegen een instituut waar hij niet de minste voeling mee heeft? Een instituut dat zijn menselijke waardigheid heeft aangetast. Wat is zijn finaliteit? Hij praat over de schadevergoedingen, maar de schade is belangrijker dan de vergoeding. Voor hem draait het in se niet om centen. Hij eist geen blanco cheque voor pijn en verderf van de paus. Maar toch. Het recht als leidraad, is dat voldoende? Dik tachtig slachtoffers scharen zich achter de vorderingen. Tachtig verhalen van menselijk leed, Tachtig andere bedoelingen, tachtig verschillende verwachtingen. Wat wil hij zelf ?

Change

Verschueren: “De kerk dagvaarden is een democratisch toegestane stap van burgers die door het instituut zijn misbruikt en nu het heft in handen willen nemen, los van de ondemocratische en autoritaire organisatie. Ik misken de morele autoriteit van zowel de paus als de bisschoppen omdat ze zich schuldig hebben gemaakt aan misdaden tegen menselijkheid. Klinkt zwaar, maar dat is het ook. Niemand op deze aardkluit wil dat op zijn palmares, een dagvaarding van het Vaticaan. Maar geloof me, het moet.

“Deze groepsvordering is slechts een van de vele middelen die wereldwijd worden ingezet om de kerk, de paus, de Heilige Stoel te dwingen in te zien dat ze goed fout zitten. Het minste dat je kunt verwachten, zelfs als je als gelovige niet misbruikt werd, is dat de rechtstreekse verantwoordelijken van het instituut schuld bekennen. Begrijpen dat macht geen plaats mag hebben in hun missie. En die mensen die ze zelf ten gronde hebben gericht, financieel, moreel en hulpvaardig bijstaan. Geld is geen drijfveer, maar zoveel slachtoffers zijn er zo slecht aan toe, zowel financieel als psychisch, dat er dringend hulp nodig is. En die groep wordt met de dag groter. Elke dag krijg ik nog mails van nieuwe slachtoffers. Maar ook haatmails van diep christelijke fanatici die mij schofferen. Anonieme haatmails, dat ken ik nu ook. Mensen die mij vreemde landkaarten van Duitsland mailen. Het noorden is rood gekleurd. Die kaartjes moeten mij dan duidelijk maken dat het nazisme is ontstaan op een plek waar geen katholieken wonen. Pure waanzin. Maar ik laat me niet afschrikken. ook de anderen niet. Ik niet alleen.

“Ook Rik Devillé van de werkgroep Mensenrechten in de Kerk en Lieve Halsberghe van slachtofferorganisatie SNAP krijgen die nog altijd. Voor zo’n indringend en omvangrijk probleem, mag je toch wel oplossingen verwachten?”

“Wat voor mij minstens even belangrijk is, is dat de kerk haar nederige plaats moet terugvinden binnen een democratische staat. Alle kerkelijke wetten, elke stap die de kerk zet en beslissing die ze neemt, moet onherroepelijk ondergeschikt worden aan de democratische grondwet van het land dat het katholiek geloof als godsdienst heeft erkend en dus tolereert.”

Verschueren hoopt dat de kerk haar plaats niet alleen op wettelijk, maar evengoed op maatschappelijk vlak terugvindt.

Die maatschappelijke plek is veranderd sinds het doorbreken van het taboe. De kleilaag rond seksueel misbruik is gebarsten. Het onderwerp is bespreekbaar. Alleen familiaal misbruik blijft onder de radar. Het stoot Verschueren tegen de borst, de stilstand van de kerk versus de vooruitgang van het maatschappelijk debat. “Het taboe is geëvolueerd, de kerk niet. Na anderhalf jaar is het probleem ten minste bespreekbaar, heeft de maatschappij de ogen geopend, maar de kerk helemaal niet. Tenminste de kerk als instituut niet.”

Verschueren maakt hier een onderscheid tussen de ‘bedieners’ van de liturgie, zoals de bisschoppen en de priesters, en het instituut zelf, de Heilige Stoel.

“Sinds de uitbraak van de schandalen heeft de kerk zich bijzonder archaïsch opgesteld. En dat zal ook niet snel veranderen. Wie denkt het Vaticaan en de heersende paus op andere gedachten te kunnen brengen, is naïef. De vastgeroeste ideeën en regels, de kerk van de dogma’s, dat krijg je er ook de volgende generatie nog niet uit. Denk ik. Er heerst een discrepantie tussen de top en de basis. Er is een onderstroom op gang gekomen in de gelovige gemeenschap. Een onderstroom die het niet eens is met de leidinggevenden van het instituut.

“In Oostenrijk hebben meer dan driehonderd priesters zich ongehoorzaam verklaard aan het Vaticaan omdat ze het niet eens zijn met de huidige standpunten. Zaken als het celibaat, de toegang van vrouwen tot de liturgie, het verouderde canoniek recht, het uitsluiten van gescheiden gelovigen van de communie, pikt de basis niet langer. Dat is toch bijzonder boeiend. Het is een menselijke evolutie van de geloofsgemeenschap. Het sociaal-maatschappelijke engagement van de basis tegenover het machtsmechanisme van de top.”

Mislukking

Kan de kerk zich aan het andere verwachtingspatroon van de basis aanpassen? Met andere woorden, kan de ideologie binnen de kerk écht veranderen?

“Met de huidige paus zal het vast niet lukken. Misschien als er bij de volgende niet-democratische verkiezing voldoende ruimte is voor de nieuwe generatie bisschoppen. Zoals Johan Bonny in Antwerpen. Zij zijn het die de zware lasten dragen, niet de generatie van Danneels. Als in die laag, bij de Bonny’s van deze wereld, begrip ontstaat voor de basis, dán is een omwenteling mogelijk.

“Met Léonard zal het ook niet lukken. Die man is verloren. Op theologisch vlak heeft hij zijn verdienste, maar maatschappelijk? Léonard heeft zich dusdanig arrogant gedistantieerd van elke mogelijke hervorming dat hij buitenspel staat. Danneels net hetzelfde. Oog in oog met Danneels zou ik zelfs agressief worden. ‘Zwijg mij over Danneels’, heb ooit gezegd in een debat. Slip of the tongue. Hij verstopt zich, verslikt zich in zijn eigen onmacht. Hoe kan hij nog in het reine komen met zichzelf. Hij wist álles, dat bevestigen alle bronnen. Maar hij zweeg. Dat maakt mij kwaad. Ik zou het hem nochtans willen vragen: Waarom? Waarom heb je niks gezegd. De psychologie van de verdringing. Die kenmerkt niet alleen slachtoffers.”

Maar wat als de kerk niet muteert? Wat als een jarenlange procesgang op niks uitdraait. Geen geld, geen excuses, geen eerherstel. Dan blijft misschien alleen het stigma over. Hij, Verschueren, die de kerk voor de rechter sleepte. “Dan zal het niet aan de argumentatie liggen, noch aan de juridische onderbouw, noch aan een gebrek aan bewijsmateriaal. Maar er zal een uitspraak komen, in welk land dan ook, voor welk gerecht dan ook, die er geen twijfel zal laten over bestaan dat zowel de huidige paus als bepaalde bisschoppen in de wereld flagrante inbreuken hebben gepleegd tegen de fundamentele mensenrechten van tienduizenden slachtoffers. En zelfs als dat nog lang zal duren, vergeten we ondertussen de kracht niet van echte gelovigen, die vandaag al er alles aan doen om de dringende vraag om hervormingen beantwoord te zien, waardoor ze onrechtstreeks meewerken aan ons einddoel: dat nooit nog een kind binnen de kerk misbruikt wordt.”

Reacties uitgeschakeld voor De kerk moet schuld bekennen

Opgeslagen onder De Morgen, Interviews

Pril en geil… a Dutchman in Gent

Ik was een weekendje in Gent. Gent is altijd verfrissend, vooral als eind november alle straten opengebroken liggen en het zo hard regent en waait dat vele toeristen met heel veel moeite en duidelijke spijt over de vooruit betaalde citytrip hun regenscherm proberen in te halen.

Het koppel dat naast me zat in De Maegd van Ghent was duidelijk even fris als Hollands, en zat met de knieën verstrengeld op twee hoge barkrukken Corona te drinken. Dat kan in dit café niet aan een gebrek aan keuze liggen, het Mexicaanse bier in Belgische handen kan dan wel lekker zijn, een alternatief voor onze Duvel, Leffe, Westmalle en enkele honderd andere echte Belgische bieren is het op een druilerige avond zoals deze niet. Maar wat exotisch is voor onze noorderbuur moet niet noodzakelijk exotisch zijn voor ons, zij zijn al blij in Gent te zijn, het buitenland ligt soms dichtbij.

Ik speurde die prille onwennigheid tussen twee mensen die nog op zoek zijn naar de bevestiging dat ze wel bij elkaar zouden kunnen passen, de ‘voorwaardelijkheid’ zit nog als derde persoon bij hen aan tafel, aftasten is een subtiel spel van geven en nemen, van testen en getest worden, in de wetenschap dat beiden hetzelfde doen. De glimlach als reactie is eerder afwachtende bescherming, een blijk van hoop dat vertrouwen zich stilaan mag nestelen waardoor de ‘voorwaardelijkheid’ opstaat en naar buiten gaat.

Ik zag wel dat het haar stoorde, dat constant op en weer wippen met zijn linkerbeen, onbedwingbare zenuwen verworden tot een tic.

Ze deden het echter goed, ook na de derde Corona en wat strelen over en weer en spijts het feit dat hij af en toe een stukje droge snot bekeek dat hij zorgvuldig uit zijn neus had gedraaid.

Ik had hoop, hier zat een potentieel paar verliefd te worden, zin na zin, blik na blik, vingertoppen kunnen vliegen als het moet. De zijne toch, bijna alle twee minuten over de toetsen van zijn gsm, wanneer het schermpje oplichtte en een schriel gepiep door de grijze lucht van het café sneed.

Het was echter toen Hans, de wat klein uitgevallen Nederlander, iets tegen Marijke zei wat ik niet kon verstaan dat de betovering plots verbroken leek. Marijke stond rustig recht, stopte haar gsm en pakje sigaretten in een kleine handtas, dronk haar flesje Corona met schijfje limoen in een slok leeg, trok haar minirok wat naar beneden en stapte op.

Hans bleef zitten, alsof hij daar de ganse avond al alleen had gezeten.

Of ik dat nu begreep? vroeg hij wat verveeld. Ik antwoordde dat ik niet had gevolgd wat gaande was.

“Gewoon omdat ik haar vroeg of ik een filmpje van haar mocht maken, een geil, in haar blootje op de kamer van ons hotel!” zei hij nogal verontwaardigd. En na een paar slokken bier sloot hij af met “Preutse kut!”

Ik was wel zeker dat Marijke gelijk had op te stappen en dat ze het ruimschoots zou overleven, dus ging ik haar niet achterna. Iets waartoe ik af en toe nogal de neiging heb. Dat ze ergens anders zou slapen dan gepland wist ik wel zeker. Pril en geil pasten voor haar vanavond niet zo samen.

Ik bestelde een “Mort Subite” voor Hans voor ik naar buiten ging en legde nog pasgeld toe voor een tweede. Je moet mannen die afgewezen worden en niet begrijpen waarom soms een handje toesteken.

Reacties uitgeschakeld voor Pril en geil… a Dutchman in Gent

Opgeslagen onder De Standaard

De minister en zijn Hans…

Ik wil het even over België hebben. Niet omdat ik Oostenrijk beu zou zijn, Oostenrijk is niet sterk genoeg om me het zwijgen op te leggen, dit keer gaat het om iets anders.

Hans is de klos. Tenminste zo lees ik het in de Belgische kranten. Een man die ik gekend heb toen hij begon als advocaat in Gent, nog schuchter maar met een gezond verstand dat duidelijk boven het gemiddelde van de samenleving uitstak, een enthousiasteling met ambitie, vooral om zijn job te doen, het resultaat van vijf jaar studeren, twee tot drie jaar afzien als stagiair bij een onverbiddelijke maar grote ‘meester’, onderbetaald en toch al vader, en met een natuurlijke drang om te klimmen en uiteindelijk te geraken waar hij zich thuis dacht te voelen… de magistratuur.

Hans wordt vandaag met de vinger gewezen omdat hij zegt dat het genoeg is. En genoeg, ik garandeer u, ligt voor Hans nog een paar straten verder dan voor ons allen, als Hans zegt dat het genoeg is, is het ook echt wel genoeg.

De informatisering van justitie. Eigenlijk een ‘running joke’, want wie ooit als buitenstaander met het gerecht te maken had, dan bedoel ik als toehoorder, of als man van een rechter, of als vrouw van een advocaat, als journalist of als vader van een aankomende advocaat, weet waarover Hans het heeft.

Moed heb je als je een project aanvaardt dat maatschappelijk belangrijk is. Een project zo groot dat niemand het kan overschouwen, maar waar het ook niet anders kan dan dat een paar mensen er hun frêle schouders onder zetten, bovenop hun dagelijkse sleur, en hopen dat alles beter wordt.

Moed heb je ook als je met een aangeboren naïviteit aanvaardt dat een probleem dat zo groot is als de Belgische justitie kan worden opgelost door een leger waanzinnig duur betaalde informatici die zelf niet bij machte zijn om de hoe-grootheid van het project te begrijpen. Ze starten met de eerste programmaregel, zonder te weten wat de laatste zal zijn. Beter nog, ze zoeken zich wat ooit voor een ander ‘project’ voorgeprogrammeerde modules bijeen, weven daar nog een web rond van op justitie toepasselijke noodzakelijkheden, en leveren… niets. Niets dat functioneert.

Eén keer mag zoiets fout gaan. Er zijn landen waar het twee keer fout gaat. Bij ‘ons’ gaat het permanent fout.

En het ergste voor Hans is dan een minister van justitie te hebben die binnen de kortste tijd weerlegt wat Hans als statement heeft afgelegd. Nadenken over wat Hans geschreven heeft of te zeggen heeft? Dat is voor later. Ontkennen, dat is voor nu. Oude school, Stefan, oeroude school. Stefan heeft het niet, hij heeft het nooit gehad en zal het nooit hebben. Zelfs West-Vlamingen kunnen ernstig fout zitten, en Stefan zit al zo lang fout als dat hij West-Vlaming is.

Ik ben over één ding gerust. Hans blijft Hans, integer en rechtvaardig rechter.

Ik ben ook over een tweede ding gerust. Stefan blijft Stefan, politieker en onterecht minister.

De ene heeft het voordeel dat hij kan zeggen dat het voor hem genoeg is. De andere heeft het nadeel dat hij alles altijd zal moeten blijven ontkennen. Maar daar is Stefan zeer goed in, tot ook hem ooit iemand zegt dat hij als politicus nooit zijn vervaldatum kan bereiken omdat hij nooit een versheidsdatum heeft gehad. Nu dus. Maar hij kan nog altijd in Oostenrijk terecht.

Als Rik Torfs niet kan preken, dan luistert niemand nog naar hem en krijgt hij niet het platform dat hij wonderlijk mooi en gevat bezet. Als Kim Clijsters de bal niet meer kan raken, dan komt ze op geen tennisveld meer aan haar trekken. Als Patrik Vankrunkelsven de draad kwijt is dan stopt hij met garen spinnen. Logica is mooi. Stefan krult dan zijn verbitterde lip omhoog, kijkt boven de rand van zijn bril, en kruipt geslagen in de op voorhand verloren verdediging. Hoe vaak moet je minister van justitie worden in België om daar de nodige lessen uit te trekken?

Reacties uitgeschakeld voor De minister en zijn Hans…

Opgeslagen onder De Standaard