Zalige kerst, maar niet voor de slachtoffers

De Belgische katholieke kerk is bereid om slachtoffers van seksueel misbruik financieel te vergoeden. Roel Verschueren kan de geste niet zonder bijkomende antwoorden aanvaarden. Verschueren is gevolmachtigd bewindvoerder van de groepsvordering ingesteld tegen de Heilige Stoel, de Belgische bisschoppen en de hogere oversten van de Belgische religieuzen.

Naar aanleiding van de berichtgeving over de oprichting van een arbitragecommissie seksueel misbruik binnen de kerk zou een mens al geneigd zijn een vreugdesprong te maken. Vooral dan slachtoffers van misbruik, die voor het eerst de kans zien op een of andere manier als slachtoffer erkend te worden en in aanmerking te komen voor financiële tegemoetkoming voor het ‘geleden leed’. Niets wijst er op dat dit ook zo zal zijn.

“We proberen ervoor te zorgen dat slachtoffers dit soort nieuws als positief ervaren.” ‘We’ zijn dan de bisschoppen zelf, zoals Johan Bonny het verklaarde, en die duidelijk werd ingelepeld de nadruk te leggen op het feit dat de kerk dit eigenlijk (omwille van verjaring) niet zou moeten doen. Maar nu alsnog haar goodwilltoont om als rechtvaardige kerk beoordeeld te worden. Waarmee meteen stilzwijgend verkondigd werd dat een slachtoffer dat deze ‘geste’ niet waardeert, dan maar de gevolgen moet dragen.

In de media wordt niet één kritische vraag gesteld. Noch in Het journaal, noch bij Terzake, waar spijtig genoeg niemand aanwezig kon zijn langs de zijde van de slachtoffers die opgewassen was tegen de one-man-show van bisschop Johan Bonny. De vragen werden geleid richting kerk, Terzake verzuimde de kritische vragen te stellen die eigenlijk ingebakken liggen in haar publieke opdracht.

Dwingende vragen

Vraag: is het de bedoeling van de kerk om ervoor te zorgen dat zoveel mogelijk slachtoffers alsnog voor een minnelijke schikking kiezen, voor ze naar de arbitragecommissie stappen?

Vraag: is het de bedoeling alleen die slachtoffers te horen en te vergoeden die in geen enkele andere rechtsprocedure zijn verwikkeld, zoals bijvoorbeeld een groepsvordering tegen de Heilige Stoel en de bisschoppen wegens schuldig verzuim?

Vraag: waarom wordt verkrachting door de arbitragecommissie gedefinieerd als daad van penetratie, hoewel al lang wordt aanvaard dat penetratie voor verkrachting bij minderjarigen geen voorwaarde is?

Vraag: als mijn zaak verjaard is en de dader nog rondloopt, doet de kerk dan ook iets om ervoor te zorgen dat die dader uit het circuit wordt gehaald en aangeklaagd?

Vraag: ik heb één van de commissieleden gezien en gehoord tijdens een interview op televisie. De heer Herman Verbist stond nogal neuzenhoog en arrogant te glunderen over wat voor goed werk ze hadden geleverd. Moet ik met deze man praten en onderhandelen, of mag ik iemand kiezen met meer empathie?

Vraag: Mevrouw Lalieux, voorzitter van de parlementaire commissie, zegt letterlijk: “De regeling is er voor alle slachtoffers van seksueel misbruik waarvoor de feiten verjaard zijn.” Bedoelt ze dan ook voor diegenen die zich aangesloten hebben bij de groepsvordering tegen de Heilige Stoel, de Belgische bisschoppen en hoofden van de religieuze congregaties? Mogen die dan afstand doen van financiële vordering in de procedure, maar zich alsnog burgerlijke partij stellen om de leden van de kerk schuldig verzuim te verwijten?

Vraag: Ik héb al alles neergeschreven toen ik aangifte deed bij de commissie Adriaenssens. Ik heb ook al alles nog eens verteld aan justitie en een proces-verbaal opgemaakt. Moet ik nu nog eens mijn verhaal schrijven op jullie nieuw aangifteformulier of mag ik gewoon een kopie bezorgen van de inspanningen die ik al getroost heb om klacht neer te leggen?

Vraag: In artikel IV van het aanvraagformulier staat: “Leg bondig uit wat u wil bekomen door de arbitrageprocedure. U kan preciseren dat u een bijzondere vorm van erkenning van het leed ten gevolge van het misbruik wenst (bijv. een erkenning van de feiten, een gesprek, een brief met spijtbetuiging of met excuses…). Preciseer ook of u een financiële compensatie verwacht, en of uw voorkeur uitgaat naar een minnelijke regeling.” Stel dat ik een brief met spijtbetuiging en erkenning van schuldig verzuim zou willen van kardinaal Danneels, maak ik dan enige kans op financiële compensatie? Stel dat ik graag een brief zou krijgen van de hoofden van de congregaties waar andere slachtoffers, ondertussen niet gewoon lotgenoten maar vrienden, werden misbruikt – ik denk dan aan de Broeders van Liefde, de jezuïeten, de oblaten, de dominicanen, de zusters van liefde, de abdijscholen, en alle andere… – zou dat deel kunnen uitmaken van mijn package deal?

Vals enthousiasme

Niets van dat alles. De pr-show is opgevoerd, de publieke opinie is er nu gerust in dat de slachtoffers minstens een deel zullen krijgen van wat ze vragen, en het moet nu maar genoeg zijn. De inspanning is geleverd, de kerstlucht geklaard. Er kan weer gepreekt worden, de “geloofwaardigheid van de kerk”, zoals Johan Bonny zo mooi formuleerde, is herwonnen.

De kerstperiode was en is voor veel slachtoffers van seksueel misbruik de moeilijkste periode van hun leven. Al meer dan dertig, veertig jaar lang. Je moet slachtoffer zijn om het te begrijpen. Die ambiguïteit tussen gezinsleden die niets met de problemen en het verleden te doen hebben en gewoon rustig en vredig willen vieren, en het slachtoffer zelf dat niet anders kan dan de haat te verstoppen tegen het lied, de stal, de boom, de klokken, de adventkaarsen en gespeelde christelijkheid. Het valse enthousiasme dat slachtoffers doorzien. En dan, het verlangen naar nieuwjaar, wanneer de obligate Kerstman terugvliegt naar waar hij thuishoort. Ver weg, alsjeblieft ver weg. Het is dit jaar niet anders. Als het van de kerk afhangt, is zelfs dit probleem voor de slachtoffers nu definitief van de baan. Zalige kerst allemaal.
Mooi niet dus.

Reacties uitgeschakeld voor Zalige kerst, maar niet voor de slachtoffers

Opgeslagen onder De Morgen

Reacties zijn gesloten.